Woorden breien

Het zal wel weer aan mij liggen, maar ik houd niet zo van schrijfregels. Ik geloof dat ik schrijven zie als een filosofisch proces waarin de spontaniteit, het niet van tevoren uitgekauwde en misschien zelfs taalkundig onjuiste treffend kunnen zijn. Bepaalde regels maken de kunst van het schrijven in mijn ogen iets kouds, iets kils. Het wordt van zijn romantiek ontdaan en met dwang in een keurslijf gepropt; daar is althans een risico toe. Geschreven taal, zeker die bedoeld om te vermaken, lijkt me toch ook vooral aan subjectiviteit onderhevig? Regels doen er voor mij veel minder toe dan het gevoel dat het geschrevene bij me oproept.
   Bij tijd en wijle ga ik helemaal goed op oude Nederlandse naturalistische, literatuur, met lange zinnen volgepropt met komma’s, waarbij je er halverwege de pagina achter komt dat je nog steeds aan die eerste zin bezig bent en dat die niet onderbroken is geweest door punten, net zoals het af en toe in je hoofd kan verlopen; zo zonder punten maar doorrazend van gedachte naar gedachte, terwijl er verder niks gebeurt, behalve het bulderen van het gedachtegoed van de hoofdpersoon. Menig lezer zal er door afschrikken en het zal vast niet voldoen aan verscheidene regels, maar toch komt het zo lekker binnen. Ik moet ook toegeven dat het een mankement is van me, dat niet zomaar aan willen nemen wat anderen stellen dat het beste zou zijn.
   De regel “schrijven is schrappen” bijvoorbeeld. Eeuwig zonde! Ik houd juist van de woorden, die oneindig nuttige woorden, die alles kunnen verduidelijken wat eerder onduidelijk was! Ze hoeven niet per se bij te dragen aan de kern van het verhaal, als ze wel bij kunnen dragen aan de emotionele beleving ervan. Er behoeft dan geen twijfel meer te bestaan over wat de ander bedoelt; het mag zwart-op-wit staan in zoveel woorden als maar nodig zijn om te omschrijven wat bedoeld wordt. Juist de woorden bieden ons toch herkenning in elkaar?
   Ooit schreef ik onderstaande, als onderdeel van een stuk over hoe woorden me hielpen helen.
Het was toen dat ik, fanatieker dan ooit tevoren, mijn toenadering zocht tot de taal. Mijn taal. Mijn dagen waren omfloerst met een ondraaglijk verdriet. Het enige wat ik kon was het úít me schrijven. De pijn moest behapbaar worden via woorden, daar al mijn handelen zinloos zou zijn. Waar ik ineens in gekwetste en verstoten eenzaamheid de dag moest beginnen, door moest komen, af moest sluiten, zocht ik mijn heil en gezelschap bij het geschrevene opdat ik niet zou verzuipen in die zee van verlatenheid.
   Als ik alle woorden nu teruglees die ik toen schreef, tot uitentreuren beschreven hoe mijn gevoelens toen voelden, hoe mijn emoties toen ontroerden, weet ik exact opnieuw de proporties die mijn verdriet toen aannam. En als anderen het zouden lezen, zouden zij het ook weten. Via de taal; de ongebreidelde, ongelimiteerde woordenbrij.

1 gedachte over “Woorden breien”

  1. nou Robin wat mooi omschreven en een deel van je begrijp ik omdat ik dat deel zelf ook heb meegemaakt ooit… dus zéker doorgaan waar je nu mee bezig bent is heel prima! ;-( 😉

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *