Witte klodders

Nu heb ik iets grappigs, maar ik kan het niet delen. Althans, niet het beeldmateriaal ervan. Althans, niet zonder mezelf een soortement exhibitionist te voelen. Althans, niet zonder me in te beelden dat anderen daar dan zo over oordelen.
Een vlek. Het is een vlek dwars over mijn boezem heen. Een flinke klodder zo op mijn topje en nog wat door naar beneden gespetterd richting mijn navel.
   Het ziet er verfoeilijk uit. Ik heb een gegronde en zeer aanwezige hekel aan pornografie, dus veel weet ik er niet van, maar ik kan me toch zeker voorstellen dat er af en toe zulks taferelen in te aanschouwen zijn. Zo onbeschaamd en obsceen.
En toch stond ik precies zo laatst op zondagavond, op Gods dag zowaar, met bevlekt bovenlijf in de keuken, haastig te zoeken naar doekjes om het weg te poetsen.
   Het begon allemaal tijdens het diner. Dat is een luxe woord tussen mijn man en mij, voor het zo spoedig mogelijk achterover klappen van alles wat eetbaar is, vóórdat een van de baby’s zijn vinger in het stopcontact steekt of de ficus gaat oppeuzelen, de peuter haar eten gaat zitten kneden tot kanonskogels, of de kleuter haar mayonaise gaat zitten roeren in een poel van spetterend water en onaangeraakte erwten op haar bord. Schransen in het kader van schadebeperking dus, opdat de rotzooi beperkt blijft. En dat geldt ook voor het toetje: kanen met die kanis voordat de boel toevallig in de fik vliegt door onvoorziene rampspoed.
   Zodoende wordt na het hoofdgerecht gehaast de yoghurt uit de koelkast gehaald, geruzied over wie het roze schaaltje mag en gejankt over of er hagelslag in het toetje mag zoals die ene maandag in 1986 of wanneer was het; in ieder geval iets wat ze ineens op wonderbaarlijke wijze voor de rest van hun leven nooit meer vergeten.
   Ik ging weer zitten na al het materiaal voor het nagerecht in gereedheid te hebben gebracht en nam het pak yoghurt ter hand om het eens ouderwets door elkaar te schudden. De peuter begon als zo vaak “mama mama!” te roepen, maar wist ik veel dat het deze keer was om iets nuttigs te verkondigen! Het beste kind had in haar enthousiasme voor alles wat geen groente is, de dop al van de yoghurt gedraaid. En dat was precies wat ze vier seconden te laat begon te vertellen.
   Potjandorie wat kan er veel yoghurt uit een pak vliegen in zo’n korte tijdspanne. De schadebeperking was die dag een droom die in genadeloze vlammen opging. De eetkamer was een onverbiddelijke teringbende en ik was als nooit tevoren bespoten onder een goedje dat God nooit zo bedoeld had. Minder zuur ruikend en bitter smakend dan anders, maar alsnog even ongewenst.
   Uiteraard oneindig vermakelijk deze hele situatie. Ik maakte, alvorens mezelf deugdelijk schoon te boenen, dan ook een foto om met de wereld te kunnen delen wat voor ontzettend kostelijks ik nu weer meegemaakt had. Grinnikend borg ik mijn telefoon gauw weer op en begon de yoghurt van het plafond, de muren, de vloer en het haar van de peuter te dweilen.
   Maar na latere beoordeling van het kiekje, kon ik niet anders concluderen dan dat het uitermate ongeschikt is om het beeldmateriaal hiervan op mijn toch alleszins zeer keurige sociale mediapagina te plaatsen, en sijpelde enige teleurstelling bij me binnen. Het zelfportret waarop ik besmeurd ben met witte klodders is absoluut onbruikbaar.
Deze anekdote en jullie fantasie mogen tezamen een beeld schetsen. En de yoghurt wordt hier in huis tegenwoordig maar met een laagje water erbovenop gegeten. Want geschud worden de pakken niet meer.

5 gedachten over “Witte klodders”

  1. Heb geen filmpje nodig Robin, kan het mij helemaal voorstellen.
    Je kunt het eigenlijk goed omschrijven van wat er gebeurd is.

  2. Oohh kunnen we niet elke dag.. of oke oke om de dag een verhaaltje van jou krijgen??
    Je schrijft zo beeldend. Zoo goed.. en knap.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *